Mijn eerste huishoudboekje
Na mijn trouwen in 1972 gebruikte ik een huishoudboekje. Links stonden de ontvangsten en op de rechterpagina de uitgaven. Als een leidraad voor mijn eenvoudige boekhouding. Twee jaar geleden vond ik dit nog terug, toen ik ging verhuizen. (Zie de foto) Wat een verrassing om zo weer even in de tijd terug te gaan.
Een huishoudboekje van nu
Het is fijn om te weten, hoeveel je ongeveer kan besteden aan je boodschappen. Dit hoef je maar 1x te doen, dus niet elke week.
Je begint met alle inkomsten bij elkaar op te tellen dus je loon of AOW, plus pensioen. Eventueel met zorgtoeslag en huurtoeslag erbij. Dit alles per maand. Dan de vaste uitgaven dus je huur of hypotheek. Plus verzekeringen, abonnementen, telefoonkosten, internet en tv kosten, gas en licht, water enzovoort.
Let wel goed op alles wat je jaarlijks betaalt. Deel dit 12 om het per maand uit te rekenen.
Nu heb je een totaalbedrag van je maandelijkse uitgaven. Dit trek je af van je inkomsten. Zo kom je tot een bedrag dat je per maand kan besteden aan je eten, huishoudelijke uitgaven, kleding enzovoort.
Beetje hulp
Míj helpt het om een boodschappenlijstje te maken. Ik kijk daar pas op als ik denk dat ik al mijn boodschappen heb. Is dit niet zo dan haal ik dat alsnog even erbij in de winkel. Dit werkt ook goed als geheugentraining.
En…ik koop artikelen zonder houdbaarheidsdatum zoals tandpasta en wasmiddel, als deze in de aanbieding zijn. 1 +1 gratis of voor 50 %. Dat scheelt een hoop!
Wie weet hou je meer over dan een stukje van de maand 😉